Vader van de evolutietheorie Charles Darwin (1809-1882)
Charles Robert Darwin werd geboren in 1809 in Shrewsbury (ten noordwesten van Birmingham), als zoon van dokter Robert Warring Darwin en Susannah Wedgwood. Zijn moeder, afkomstig uit de beroemde aardewerkfamilie, was overleden toen hij acht was.
Darwin is nog maar 22 jaar oud als hij in 1831 aan boord gaat van de HMS Beagle voor een reis van vijf jaar. Het schip zeilt langs de hele Zuid-Amerikaanse oostkust, onderlangs de punt van Vuurland en verder langs de westkust: Chili, Peru en de Galapagoseilanden. Daarna zeilt de Beagle naar Azië, Australië, en langs de kust van Afrika terug naar Engeland.
Charles heeft enorm last van zeeziekte maar de tijd op het land brengt hij door met het bestuderen van allerlei dieren, fossielen en landschappen. Hij neemt onder andere een jonge schildpad mee van de Galapagos Eilanden. Deze schildpad overleed in 2006 in een dierentuin in Australië en is waarschijnlijk 176 geworden.
Op basis van al zijn ontdekkingen schrijft Charles Darwin een boek: “On the Origins of Species” (Het Ontstaan van Soorten). Dit boek beschrijft Charles Darwin’s evolutietheorie. Hierin schrijft hij dat de mensen en dieren niet door God zijn geschapen maar zich door de miljoenen jaren heen hebben ontwikkeld tot de soorten die ze nu zijn (natuurlijke selectie). Denk bijvoorbeeld aan de apen die zich langzaam tot mens hebben ontwikkeld.